Gegevensverbindingen toevoegen aan canvas-apps

Voeg in Power Apps een gegevensverbinding toe aan een bestaande canvas-app of aan een app die u volledig nieuw ontwikkelt. Uw app kan verbinding maken met SharePoint, Microsoft Dataverse, Salesforce, OneDrive of een van de vele andere gegevensbronnen.

De volgende stap na het lezen van dit artikel is het bekijken en beheren van de gegevensbron in uw app, zoals in deze voorbeelden:

• Verbinding maken met OneDrive en gegevens in een Excel-werkmap beheren in uw app.
• Verbinding maken met Twilio en een sms-bericht verzenden vanuit uw app.
• Maak verbinding met Dataverse en werk een tabel bij vanuit uw app.
• Verbinding maken met SQL Server en een tabel bijwerken vanuit uw app.

Vereisten

Registreer u voor Power Apps en meld u aan met dezelfde referenties als voor de registratie.

Gegevensbron toevoegen

1. Een lege canvas-app maken.

2. Selecteer in het app-ontwerpmenu in Power Apps Studio de optie Gegevens > Gegevens toevoegen.

3. Vouw Connectors uit en selecteer de connector die u aan de app wilt toevoegen als de lijst met verbindingen de connector bevat die u wilt. Ga anders naar de volgende stap. Als u in plaats daarvan verbinding wilt maken met een tabel in Microsoft Dataverse, kiest u een tabel uit de lijst met tabellen.

4. Als u een nieuwe verbinding wilt maken, zoekt of selecteert u een connector zoals SharePoint.

5. Selecteer Een verbinding toevoegen om de verbinding te maken en deze toe te voegen aan uw app.

   Voor sommige connectors, zoals Office 365 Outlook, zijn geen extra stappen nodig; u kunt de gegevens daarvan direct weergeven. Andere connectors vragen u referenties of een bepaalde set gegevens op te geven, of andere stappen uit te voeren. Voor bijvoorbeeld SharePoint en SQL Server zijn aanvullende gegevens vereist voordat u er gebruik van kunt maken. Met Dataverse kunt u de omgeving wijzigen voordat u een tabel selecteert.

Een gegevensbron identificeren of wijzigen

Als u een app bijwerkt, moet u mogelijk de gegevensbron identificeren of wijzigen die wordt weergegeven in een galerie, een formulier of een ander besturingselement. U moet bijvoorbeeld een gegevensbron identificeren wanneer u een app bijwerkt die iemand anders heeft gemaakt of een app die u al lang geleden hebt gemaakt.

1. Selecteer het besturingselement, zoals een galerie, waarvoor u de gegevensbron wilt identificeren of wijzigen.

   De naam van de gegevensbron wordt weergegeven op het tabblad Eigenschappen van het rechterdeelvenster.

2. Om meer informatie over de gegevensbron weer te geven of om deze te wijzigen, selecteert u de pijl-omlaag naast de naam.

   Er verschijnt meer informatie over de huidige gegevensbron en u kunt een andere bron selecteren of maken.

Volgende stappen

• Als u de gegevens in bronnen als Excel, SharePoint, Dataverse of SQL Server wilt weergeven en bijwerken, voegt u een galerie toe en voegt u een formulier toe.
• Voor de gegevens in andere bronnen kunt u de functies gebruiken die specifiek zijn voor de betreffende connector, zoals die voor Office 365 Outlook, Twitter en Microsoft Translator.